Gabor Verwey: ‘De Spaanse Polder roept altijd een soort positieve spanning in mij op’

Gabor Verwey, alias Sir Bang A Lot, is een ondernemer die zijn sporen heeft verdiend in zowel de muziekwereld als het bedrijfsleven. Al sinds de jaren ’90 heeft Gabor een bijzondere band met de Spaanse Polder.
Deze spanning was voelbaar vanaf het moment dat hij met zijn band in de oude verffabriek Molyn & Co aan de Overschieseweg een oefenruimte vond. Hoewel het gebied destijds een wat onduidelijke reputatie had, voelde Gabor zich altijd positief over de Polder. “Negatieve ervaringen heb ik er overigens nooit gehad.” En dat blijkt ook uit zijn ondernemerschap in het gebied.
“De Spaanse Polder roept altijd een soort positieve spanning in mij op”
Investeren in groei en creativiteit
In 2008 besloot Gabor te investeren in de Spaanse Polder door enkele ruimtes in de oude fabriek te kopen. Dit was het begin van zijn actieve rol in de ontwikkeling van het gebied, waar hij diverse nieuwe kansen creëerde.
Zo organiseerde hij van 2008 tot 2014 het populaire Roadgrill-festival, een kleinschalig evenement met metalbands en barbecues, waarmee hij een gemoedelijke en verbonden sfeer creëerde voor gelijkgestemde muziekliefhebbers. De positieve sfeer die de Polder met zich meebracht, was ook voelbaar op het festival, dat na zes edities stopte door de dreigende sloop van de fabriek en de financiële haalbaarheid.
Na de sluiting van Roadgrill zette Gabor zijn ondernemersmentaliteit voort door luxe oefenruimtes voor bands aan te bieden via Sir Bang A Lot’s Sound Dungeons. Hij verbouwde en richtte het pand naar eigen inzicht in, waarmee hij zijn passie voor muziek en ondernemerschap combineerde en bijdroeg aan de bloei van de Polder.
De Polder groeit en bloeit
Gabor’s verhaal onderstreept de constante groei en positieve verandering van de Spaanse Polder, een gebied waarvan hij de evolutie sinds de jaren ’90 van dichtbij heeft meegemaakt. De Polder is steeds positiever geworden en Gabor’s ervaring is daar het bewijs van.
Bron: NonStop-Magazine-5
Tekst en eindredactie
Willem Fledderus, Selma Lagewaardt